Koken met wijn doe je zo: de kleur, het karakter en de kwaliteit zijn belangrijk

Een glas wijn in je hand tijdens het koken kan je creativiteit naar nieuwe hoogtes tillen, maar de drank is ook een dankbare toevoeging aan veel gerechten. En dan hebben we het niet alleen over coq au vin. Lees hier hoe je wijn vaker kan integreren in je dagelijkse bereidingen en vooral ook welke wijn je daarvoor het beste gebruikt. 

Wijn kan dienen als een vloeibare smaakmaker in de meest uiteenlopende gerechten. De toevoeging zorgt niet alleen voor extra aroma’s, het geeft ook een verrassende smaak aan alle andere ingrediënten in de pan. Maar waar moet je op letten als je wil koken met wijn? En welke soort gebruik je best in welk gerecht? Wij zetten de do’s-and-don’ts op een rijtje!

Kwaliteit blijft belangrijk

Deze eerste regel is misschien wel de allerbelangrijkste: kook alleen met wijn die je ook zou drinken. Koop geen minder kwalitatieve fles om dat het ‘maar’ om mee te koken is. Slechte wijn heeft - vanzelfsprekend - een slechte invloed op de smaak van je gerecht. Bovendien moet je nooit al te veel wijn gebruiken tijdens het koken. Een te grote hoeveelheid zorgt namelijk al gauw voor een te overheersende smaak. De rest van de fles kan je dus gewoon zo opdrinken, tijdens het koken of bij het eten.

Wit of rood?

Welke kleur wijn kies je nu best bij welk soort gerecht? Over het algemeen kunnen we ervan uitgaan dat de kleur van je hoofdingrediënt moet matchen met de kleur van je wijn. Kies dus voor rode wijn als je rood vlees of tonijn bereidt en voeg witte wijn toe aan gerechten die nood hebben aan een zekere lichtheid, zoals witte vis of kip.

Kies op basis van karakter

Naast de kwaliteit en kleur, is ook het karakter van de wijn belangrijk. Droge wijn is bruikbaar in erg uiteenlopende gerechten en daarom in veel gevallen de meest geschikte keuze. De kleur is uiteraard afhankelijk van je gerecht, maar deze soort kan je zowel in stoofpotjes als in romige soepen gebruiken, maar ook bij mosselen en in een rode- of wittewijnsaus.

Maak je een zoet dessert klaar, zoals chocoladetaart? Dan is portwijn dankzij z'n zoete smaak een lekker extra ingrediënt. Toch kan je deze variant ook gebruiken in gerechten waar de zoete smaak net contrasteert met de smaak van het gerecht, zoals bijvoorbeeld bij een stukje hertengebraad. Zoete wijn is dan weer eerder geschikt als je bepaalde ingrediënten gaat pocheren, zoals appels of peren. Maar je kan er ook een lekkere zoetewijnsaus van maken om te serveren bij een dessert als fruittaart.

Je zou het misschien niet verwachten, maar zelfs mousserende wijn kan je gebruiken in de keuken. Voeg zo bijvoorbeeld vlak voor het opdienen wat sekt toe aan een soep, saus of pudding en je zal zien dat die schuimachtig en delicaat wordt. Ook op het beslag van cake, wafels en ander gebak hebben bubbels een goede invloed. De combinatie van alcohol en koolstofdioxide zorgt ervoor dat het beslag voorzichtig zal rijzen, met een lichte en luchtige textuur als resultaat.

LEES OOK: Tips van de sommelier: 4x natuurwijnen die je absoluut moet proberen

WijnKeukentipsRode wijnWitte wijnKoken met wijnZoete wijnDroge wijn

Wil je regelmatig culinaire inspiratie en exclusieve recepten ontvangen via email?
Schrijf je nu in.

Reacties

Lees meer