De verkoop via korte keten bloeit opnieuw op. In 2024 gaven Vlamingen fors meer uit bij hoevewinkels en boerenmarkten. Lokale voeding wint duidelijk aan terrein en met reden.
Van 17 tot 23 mei vieren we opnieuw de Week van de Korte Keten, een initiatief dat de lokale producent centraal stelt. En er is wat te vieren: volgens recent onderzoek in opdracht van VLAM (Vlaams Centrum voor Agro- en Visserijmarketing) steeg de omzet in de korte keten in 2024 opmerkelijk. De hoeveverkoop nam toe met maar liefst met een derde, terwijl de boerenmarkten een omzetgroei van een vierde noteerden. Een sterke comeback na jaren van inflatie en prijsbewust shoppen.
Van aardappel tot worst: lokale producten in trek
De Vlaamse consument blijkt opnieuw gevoelig voor herkomst en kwaliteit. Groenten, fruit en aardappelen blijven de sterren van de korte keten, samen goed voor bijna de helft van de omzet op de hoeve. Vlees is de grootste omzetmaker in de hoevewinkel, goed voor 24 procent.
Opvallend is ook het groeiende aandeel van biologische producten: bijna één op drie producten op de hoeve of boerenmarkt draagt het bio-label en dat is veel hoger dan in de reguliere retail.
Korte keten ook voor jonge kopers
Hoewel gepensioneerden nog steeds het kernpubliek vormen, groeit ook de interesse bij jonge gezinnen en singles. Jongere kopers kiezen vaak bewuster en ecologischer voor groenten, fruit en eieren en met oog voor herkomst.
Kopen bij de boer en weet waar je eten vandaan komt
De korte keten draait niet enkel om voeding, maar ook om de connectie. Je weet waar je eten vandaan komt, ontmoet de maker en maakt deel uit van een duurzamere voedselketen. De opmars van webwinkels biedt daarbij extra flexibiliteit.
Ook boerenmarkten evolueren mee. Ze bieden intussen een breed assortiment van vis, brood, wijn en gevogelte naast het klassieke aanbod. Zo kan je genoeg inspiratie op doen bij je volgende bezoek aan de boerenmarkt.