Vandaag precies 49 jaar geleden: Black Tot Day

Vandaag precies 49 jaar geleden: Black Tot Day

Vandaag, 31 juli, is het precies 49 jaar geleden dat de matrozen van de Royal Navy voor het laatst aan boord mochten aanschuiven voor hun dagelijkse portie rum. Die dag is de geschiedenis ingegaan als Black Tot Day.

Je leest het goed: tot in 1970 kregen de matrozen van de Britse marine elke dag hun portie rum – 1/8 van een imperial pint. Dat komt overeen met 7,1 cl rum. Als je de bedenking maakt dat dit wel een flinke maat is voor matrozen in dienst, dan heb je uiteraard gelijk. Maar als je weet dat de oorspronkelijke dagelijkse portie een halve imperial pint betrof (28 cl), dan vraag je je af hoe die matrozen in de 17de eeuw er moeten hebben bijgelopen.

NOG ZO GEK NIET

Nu, dat er aan boord rum werd geschonken, was op zich natuurlijk niet zo vreemd en perfect verdedigbaar. Schepen waren vaak vele maanden onder weg en er was nood aan voedsel, maar ook drank, dat niet bedierf.

Aanvankelijk was dat bier: elke matroos kreeg een dagelijks rantsoen van one gallon – ongeveer 4 liter. Sjonge, 4 liter bier per dag? Het was wel fluitjesbier, van amper 1% ABV. Twee problemen: ten eerste nam dat bier veel te veel plaats in, en ten tweede was dat bier niet stabiel genoeg. Het bedierf even snel als water.

Wijn ook, trouwens. En dus werd uitgekeken naar een alternatief. En dat alternatief was er: gedestilleerde dranken. Het zal trouwens wel geen toeval zijn dat de opkomst van gedestilleerde dranken ongeveer parallel loopt met de lange scheepsomvaart.

28 CL RUM VAN 75%

Hoe dan ook, vanaf 1655 veranderden de regels in de Royal Navy. In plaats van bier kregen de matrozen een dagelijkse portie rum: ½ imperial pint, wat ongeveer overeenkomt met 28 cl.

En dan moet je nog weten dat die rum zo goed als onversneden was – pakweg 75% ABV. En die matrozen kropen dus elke dag het want in om halsbrekende toeren uit te halen in de masten.

Gaandeweg werd alcoholisme een probleem aan boord – oh, echt? – en de marine greep in. Admiraal Edward Vernon (afbeelding hiernaast) besliste in 1740 om de rum te versnijden en het dagelijkse rantsoen werd in twee gesplitst: één portie ’s ochtends, één portie ’s avonds.

AFSCHAFFING

Veel zal dat wel  niet geholpen hebben en in 1824 werd het rantsoen gehalveerd. In 1850 werd een eerste poging gedaan om het gebruik helemaal af te schaffen, maar dat zou wellicht een complete muiterij hebben opgeleverd. Dus werd het rantsoen opnieuw gehalveerd, tot 1/8 van een imperial pint. Voortaan zou er nog maar één keer per dag rum worden uitgedeeld.

Toch zou het nog meer dan honderd jaar duren voor het gebruik werd afgeschaft. Of 31 juli 1970, om 11 uur in de voormiddag, werd voor het laatst de bel geluid.

En wat vonden de matrozen ervan? Die waren niet blij, natuurlijk. Sommige droegen een zwarte armband. Vandaar: Black Tot Day, waarbij ‘tot’ de verkorting was voor ‘totale daghoeveelheid’. Of zoiets.

NAVY PROOF

Wist je trouwens dat de vaak gebruikte, alternatieve aanduiding van het alcoholgehalte in X procent proof ook een erfenis is van de marine?

We schreven daarstraks al dat vanaf 1740 de rum versneden werd met één deel water voor 4 delen rum. Maar de matrozen waren natuurlijk wantrouwig: ze verdachten de officieren ervan dat ze hun rum met té veel water versneden.

Er was één middeltje om dat te controleren. Bij de voorgeschreven verwatering – omgerekend 57,5% ABV – kon je nog steeds buskruit doen ontbranden als je het nat maakte met de rum. De proof was dus eenvoudig: men goot wat rum op buskruit en probeerde het aan te steken. Als het buskruit niet ontbrandde, dan was dat het bewijs dat het te sterk aangelengd was.

Navy proof betekent dus een alcoholpercentage van 57,5% ABV. De Amerikanen leidden later een eigen referentieschaal af, waarbij 100% proof gelijkstaat aan 50% ABV.