De eerste stap bij het maken van pho is het koken van de bouillon. In de meeste gevallen wordt die gemaakt op basis van rundvlees en kruiden als gember, kardemom, korianderzaad, venkelzaad en kruidnagel. Dat zorgt voor een redelijk helder resultaat. De bouillon bij ramen is daarentegen over het algemeen donkerder, steviger en troebeler. Aan de bouillon voor ramen worden vervolgens dan ook nog een hoop extra smaakmakers toegevoegd, zoals sojasaus, de gefermenteerde sojabonenpasta miso en zout.
Een ander groot verschil tussen beide gerechten zit ‘m in de noedels. Terwijl je in pho altijd rijstnoedels zal terugvinden, zijn de noedels in ramen gemaakt op basis van tarwe en ei. Die zijn een stuk langer en ook iets steviger dan de bijna doorschijnende noedels op basis van rijstmeel.
Pho wordt meestal bereid met dun gesneden varkens- of rundvlees. Ook in ramen zal je wel eens varkensvlees terugvinden, maar af en toe kan dat ook kip zijn. Ook in de andere toppings in de gerechten zien we duidelijke verschillen. Er wordt behoorlijk wat gevarieerd, maar pho wordt meestal gegarneerd met ingrediënten als Thaise basilicum, koriander, taugé, jalapeños en limoen. Ramen wordt dan weer afgewerkt met ingrediënten als zachtgekookte of gepocheerde eieren, norivellen, lente-ui en paddenstoelen.