Opvallende uitspraak van een vrederechter in Antwerpen: wie verplicht heeft moeten sluiten, is geen huur verschuldigd. Of de beslissing van de Antwerpse vrederechter stand houdt, moet wel nog blijken.
De tweede corona-lockdown dit jaar. Alle horeca moet verplicht de deuren sluiten. Dat is ook het geval voor de Antwerpse horeca-uitbater, die door zijn verhuurder voor het vredegerecht gedaagd werd, vanwege achterstallige betalingen. “Maar de vrederechter is ons gevolgd in ons pleidooi dat de verhuurder door de opgelegde sluiting de gehuurde lokalen niet ter beschikking kon stellen van de huurder”, zegt advocaat Johan John Mees in Het Nieuwsblad.
“Vermits de huurder daardoor geen zogenaamd ‘rustig huurgenot’ had waarbij hij zijn klanten kon ontvangen, moet hij de tegenprestatie voor dat huurgenot – de huurgelden – dan ook niet betalen voor de maanden maart, april en mei.” De vrederechter heeft vastgesteld dat tijdens de lockdown het betalen van de huur tijdens de lockdown onmogelijk was: er was geen direct contact meer met de klanten. De verhuurder kon zijn belofte tegenover de huurder niet meer houden.
Betekent dat nu dat ook andere horeca-uitbaters naar de rechtbank kunnen stappen, om hun huurgeld voor de lockdownperiode terug te vragen? Het hangt ervan af of de beslissing van de Antwerpse vrederechter stand houdt. De verhuurder ging ondertussen in beroep.
