Wildplukken is de laatste jaren erg populair geworden. Met de lente in aantocht wordt de natuur terug een stukje groener. De eerste knoppen en scheuten verschijnen en daarmee ook de rijke verscheidenheid aan wilde bloemen en planten. Ontdek waar en wanneer je deze mag plukken, welke bruikbaar en lekker zijn en wat je er allemaal mee kan maken. Wij gidsen je door de natuur!
Back to nature
Wildplukken is niets nieuws, onze voorouders deden het allemaal en ook nu zijn er nog veel plaatsen op de wereld waar mensen in meer of mindere mate eten wat ze zelf vinden. Zo ging ik vroeger ook weidechampignons plukken met mijn grootouders of op porcini-jacht met Jan en Gerlinde, de ouders van een van onze beste vrienden. De toegenomen interesse in dit alles past in een breder verhaal van onthaasting en ontsnappen aan onze Westerse hectiek en een terugkeer naar de natuur, naar rust en “rewilding”, denk maar aan het Japanse bosbaden (shinrin yoku), wandelen, zelf fermenteren, zuurdesembrood bakken enzovoort.
Levende mieren in een 3-sterrenrestaurant
De aandacht voor het “foerageren” is ook mee in de hand gewerkt door auteurs en beroemde chefs. De meest bekende baanbreker was René Redzepi, die in zijn beroemde restaurant Noma volop experimenteert met fermentatie en wildpluk zoals wieren, paddestoelen, planten, kruiden en insecten. Zo ontstond er ook behoorlijk wat media-aandacht en velen volgden zijn voorbeeld. Ook in ons eigen land treden chef in de voetsporen van Redzepi. Denk aan Kobe Desramaults in het toenmalige De Wulf, Nick Bril van The Jane, Michael Vrijmoed, Marcello Ballardin etc.
Let op voor magic mushrooms
Een ding is belangrijk om te onthouden wanneer het gaat om wildplukken: ga niet onvoorbereid en onopgeleid op stap. In onze natuur zijn er duizenden eetbare planten, kruiden, bessen en noten te vinden denk bijvoorbeeld aan hazelnoten, veenbessen, brandnetels, paardenbloemen of daslook.
Anderzijds is het onderscheid met giftige of oneetbare soorten soms niet gemakkelijk te maken. Zo belanden er jaarlijks vele mensen op de spoedgevallen na het eten van verkeerde wilde champignons. Daarom is het best om eerst met een goede gids op pad te gaan of een cursus te volgen. Bovendien mag je ook niet overal op dezelfde manier plukken, op sommige plaatsen is het zelfs strafbaar.
Ga zelf aan de slag met deze boekentips
1.Het wildplukboek. Ben Brumagne.
2.In het wild geplukt. Lieve Galle.
3.Het grote wildplukboek. Edwin Florès.
4.Eetbare paddenstoelen. Jens H. Petersen.
Of volg een opleiding en wordt een volleerd wildplukker
1. Onder leiding van Hans Vermeulen leer je een verscheidenheid aan eetbare wilde planten kennen. Er wordt een theoriemoment voorzien op zaterdag 30 maart in de voormiddag en vervolgens 2 wandelingen op zaterdag 20 april en 1 juni. Nadien is er een slotmoment in het Bakhuisje op zaterdag 8 juni, ook in de voormiddag waar er onder deskundige leiding gekookt wordt met de oogst van de noeste arbeid om nadien samen van dit alles lekker te proeven. Alle info vind je hier.
2. Bij Forest to plate organiseren ze verschillende opleidingen. Verwacht je aan een gedetailleerd traject waarbij je op eigen tempo kennis maakt met alle aspecten van het wildplukken. Ben Brumagne was met zijn bedrijf Forest to plate een van eerste in de lage landen om wildplukken op de kaart te zetten en verdiepte zich heel grondig in de materie. Hier vind je meer informatie.
